– Update: 11 januari 2018 –
Volgens sommigen is Cuba het raarste land ter wereld. Ik was er in 2016 tijdens het bezoek van Obama en vlak voor de Rolling Stones. Hierbij een aantal Cuba reistips en ervaringen, om wat meer van dat prachtige en intrigerende land te begrijpen. Want ik vond het zelf ook nogal ongrijpbaar. Ik vertelde dat aan een Italiaanse Cubaan, waarop hij verzuchtte: “Ik woon hier al 10 jaar en snap er nog steeds niks van”.
Ten eerste moet je bijvoorbeeld een goedgekeurde medische verzekering hebben, anders kom je het land niet eens in. Sta je daar, op de airport, ben je dat vergeten… kun je meteen weer terug. Verder heb je een visum nodig. Dat is maar één maand geldig, maar wel gewoon overal online te koop.
Ze hebben – ook al zo gek – twee munten: de Cuc en de Peso Cubano. Het symbool is bij allebei een gewoon US-Dollar-teken. En allebei heten ze officieel “Peso”. Maar de ene is 4 cent, en de andere een Euro. In de praktijk is alles voor toeristen uitsluitend in Cuc. Meestal noemen de Cubanen de Cuc een Cuc (spreek uit “koek”), en die andere “Peso Cubano”. Of Moneda Nacional. Maar hoe ze het noemen kan ook weer per wijk of per streek verschillen. Cubanen zelf krijgen hun karige salaris altijd in Peso.
De briefjes voor Cuc en Peso zien er ook aan één kant vrijwel hetzelfde uit. Pas als je een Cuc omdraait zie je verschil, die is feller van kleur. Vouw dus de Cuc’s met de felgekleurde kant naar buiten! En doe je Pesos in een andere broekzak. Bij de munten is er ook grote verwarring: 20 cent peso cubano (1 ct) ziet er precies uit als 1 Cuc-munt, die er ongeveer als een dollar uitziet.
Geld opnemen is ook lastig: alleen Visa / Mastercard creditcard doet het, in combinatie met je paspoort, maar verder zijn alle andere credit cards en bankpassen ongeldig. Cash geld meenemen is het beste. Dat voelt raar, al die euro’s, maar omdat het zo’n veilig land is, is dat dan weer geen enkel probleem. Euro’s kun je overal wisselen, ook in de casa’s. Neem geen US Dollars mee: die haten ze.
Excuses, het gaat hier de hele tijd om geld! Belachelijk! Hieronder ook al! Wat zegt dat over mij! Maar ik bedoel het meer als een ingang om het land, of de mensen, of het systeem, te leren begrijpen…
Maar wat koop je dan voor een Cuc of een Peso?
Koffie bijvoorbeeld? Altijd heerlijk in Cuba! In kleine zaakjes op straat soms 1 peso (4 ct), maar vaker 35 ct, en in een hotel 1 euro, tot 3,-. Of in een goedkope straatkroeg 2,- maar die is dan eigenlijk waarschijnlijk 2 peso = 8 ct. Of alleen voor Cubanen dan, en voor jou echt officieel 2,-. Je weet het eigenlijk nooit. Toeristen snappen het vaak pas aan het eind van hun vakantie. Of niet… Het idee is natuurlijk dat alles wat voor Cubanen 1 peso (4 cent) is, voor toeristen 1 peso (1 euro) is. En dat ze je dan niet oplichten.
Een half uur in de stadsbus “guagua” (spreek uit “huahua”) voor 1 peso pp = 4 ct.
Je betaalt aan de chauffeur of bijrijder. Er zijn geen tickets. Maar 5 minuten op een fietstaxi (bicitaxi) is dan opeens weer 4 Cuc. Een kwartier met de taxi is 5 Cuc maar een taxi naar de AirPort is altijd 30 Cuc. Terwijl dat ook maar 20 min is. Het zijn gekke dingen.
Stop
Genoeg geluld over geld! Geld vinden ze niet belangrijk! Teveel geld hebben valt op, en je kunt er toch niks mee. Er is ook geen zware criminaliteit. Je ziet zelfs geen bedelaars.
Hier een random lijstje met allerlei observaties, doorspekt met Cuba reistips:
- Onderwijs en medische zorg is gratis voor Cubanen. Daarentegen spreken ze doorgaans nauwelijks Engels. School is waarschijnlijk één grote doorlopende propaganda. En je verdient toch veel meer als taxichauffeur dan als chirurg!
- Grootste export-product: medisch personeel
- Gemiddeld loon: 30 euro per maand (!)
- Restaurants en hotels zijn van de staat, al het personeel daar is dus ambtenaar. Je kan daarom beter eten in Paladars (privé huiskamers) of op straat, en slapen in een Casa Particolar (B&B). Daar is het beter, leuker, en goedkoper.
- Huur en elektriciteit zijn spotgoedkoop. Ze hebben zelf geen olie, maar ook heel weinig zonnepanelen. Alleen in Cienfuegos staat een groot maar oud park. Weinig elektrische brommers ook, alhoewel meer dan in NL. Enorm gat in de markt voor zonnepanelen en elektrische brommers! Zowel voor de overheid als privé. Alleen privé is de aanschaf veel te duur natuurlijk.
- Kreeft (langoste) is voor elke Cubaan illegaal. Mag alleen de regering op vissen.
De deur moet op slot als je dat in je casa krijgt, uit angst voor controle. - Rundvlees is ook van de regering. Een koe slachten is illegaal.
- Geen sinaasappel te krijgen. Die zijn allemaal opgekocht door Israël. Geen één meer voor de bevolking zelf.
- Geen import mogelijk, de afgelopen 60 jaar. Goedkope Chinese goederen zijn hier 3x zo duur als in Nederland.
- Auto importeren is onmogelijk. Een oude afgeragde Peugeot van 30 jaar oud kost hier 35.000 euro. Onze taxi-chauffeur was in Duitsland geweest en zag een vergelijkbare auto voor 50,- verkocht worden. Hij kon het niet geloven…
- Geen enkele reclame.
- Geen McDonalds, BurgerKing, KFC, Starbucks, Coca Cola of wat dan ook.
- ’s Avonds is alles vroeg dicht. Nauwelijks verlichting op straat. Weinig auto’s, ook niet in het centrum.
- Amerikanen mogen het land niet in, maar kunnen wel via Mexico, en dan gaan ze vaak in groepen.
- Veel Canadezen, Fransen en Italianen. Russen ook, maar die zitten alleen in de all inclusives, en kom je dus daarbuiten nooit tegen.
- De cocktails Mojito, Daiquiri en Ron Collins zijn alemaal van oorsprong Cubaans. In feite komen al deze cocktails op hetzelfde neer: limoen, suiker en rum. Met of zonder blaadje / extra smaakje. Oorspronkelijk van 17e eeuwse Hollandse zeevaarders, vanwege de vitamine C, tegen scheurbuik.
- Cuba Libre: cola met rum. Zo genoemd omdat omstreeks 1900 de Amerikanen Cuba hielpen bevrijden van Spanje. Toen was Amerika nog eventjes de held.
- De cola is natuurlijk geen Coca Cola of Pepsi: ze hebben namelijk hun eigen cola-war, tussen Tukola en Tropikola. Allebei staatsbedrijf.
- Verrukkelijke verse kokosnoten op straat te koop, maar Cubanen zie je dat nooit eten of drinken, alleen toeristen. Ook al zo gek.
- De lekkerste pina colada of mojito, in de dorpjes voor 20 cent. Heerlijke versgeperste suikerrietsap, daar ook voor 8 cent. Niet in de stad overigens, daar is het opeens 4 euro.
- De rum is van de staat, maar die is dan weer overal exact even duur. Geen enkel prijsverschil, je kan het net zo goed op de Airport kopen. Havana Club Silver is overal 3,85. Ook te koop in kleine kartonnen pakjes.
- De pindaverkopers verkopen heerlijke kleine pindaatjes in papieren pijlpuntjes.
- Cubaans snoep: rechthoekige blokken gesuikerde pinda. Of blokken zachte noga. Kokosreepjes. Guave-pasta. Zoete sesamrepen. Noten zie je nergens. Ook alweer zo gek.
- De suiker (azucar nero) is verrukkelijk, veel lekkerder dan waar ook. Limonada natural: idem.
- De tabak en sigaren zijn de beste ter wereld. Maar een tabaksboer moet wel 90% van zijn oogst afstaan aan de regering.
- Een koffieboer moet 50% afstaan aan de staat. De boeren krijgen daar ook nog eens een slechte prijs voor. De boontjes zijn heel klein. De espresso is heerlijk.
- Er zijn heel vaak vaste prijzen, onderhandelen is dan nauwelijks of niet mogelijk. Ook op de toeristenmarktjes. Allemaal staatshandel dus.
- Muziekinstrumeten zoals percussie en gitaren zijn goed en goedkoop: maraca’s, claves, sambaballen, Spaanse gitaren. Dat soort dingen. Kopen!
Cuba reistips: internet, telefonie en GPS
Voor internet moet je tarjetas kopen. Die zijn overal in Cuba geldig. Maar vrijwel nergens te krijgen, vaak alleen zwart of onderhands. Bij grote hotels alleen voor gasten te koop. Op dat soort plekken zie je grote groepen Cubanen met hun mobiel bezig. Dat zijn de enige plekken met internet/wifi.
Mobiele data is superduur, 2 mb voor 5 euro. Tmobile heeft de beste deal met 30,- voor 50 mb voor 7 dagen. Werkt overigens wel heel goed, er is overal 3G. En ook over 2G kun je prima Whatsappen.
GPS is verboden, maar op je mobiel werkt het gewoon perfect. Nokia Here maps heeft heel Cuba als gratis download, dat gaat supergoed. Kost niks, ook geen data. Alleen bijvoorbeeld Viñales ontbreekt daarop volledig. Een supertip is Tripadvisor: in de App van Tripadvisor kun je een gehele stad offline opslaan, bijvoorbeeld Havana, inclusief de Google Maps kaart en alle Tripadvisor POI’s. Kan je doen als je Wifi hebt, of gewoon alvast in Nederland.
Cuba Reistips: Viñales
Viñales is een prachtig stadje in een mooie groene omgeving. Ik vond dit achteraf bezien de mooiste plek. We zijn verder in Havana, Cienfuegos en Varadero geweest. Alle huizen in het centrum van Viñales zijn zowat in de verhuur als casa. Er zijn geen hotels. De huizen zijn dezelfde als die van de Cubanen, maar dan enorm opgeknapt. Paladars zijn er alleen ver buiten het centrum, en moet je weten te vinden. Maar de (staats)restaurants zijn hier allemaal best okee. Voor het eten moet je sowieso niet naar Cuba gaan. Aan de andere kant is alles wel biologisch, zoals de kip: ongelofelijk veel beter dan in Nederland.
Vervoer naar Viñales vanaf Havana is 12 cuc pp met de Viazul Bus, of 15 pp met de taxi. Een reservering bij een casa zegt niks, je wordt gewoon naar een andere casa gebracht. Geen enkel probleem. En de casa-houders zijn heel erg blij als je bij hun Casa eet!
Bij Viñales is het toerprogramma volledig door de regering geregeld. Het is perfect georganiseerd, en voor elke toerist precies hetzelfde. Je kan kiezen tussen mét paard, of zonder paard. Het duurt 4 uur, je gaat ook een grot bezoeken. Je gaat naar een koffie-plantage en naar een tabaksplantage. Je krijgt daar een sigaar, en je kan er uiteraard meer kopen. Zwemmen in meertje. Te paard door prachtige groene gevarieerde plantages. Door kleine riviertjes waden. Stukjes galopperen. De paarden zijn klein maar snel en gehoorzaam. Cowboy-style: zadel met knop, ronde stijgbeugels, teugel in één hand. Inhouden is stapvoets, niks doen is draf, roepen is galop. Achteruit is teugel in, en aansporen.
Prachtig groen gebied, met landbouw, tabak, koffie in de bergen nabij, lage kleine ananas (piña), bananen – zowel kleine (bananas) als grote bakbananen (platanos). Frijoles ofwel bonen. Overal grote donkerrode mango-bomen. Mais. Suikerriet: Caña de azucar. Papaya, limoen, sinaasappel, sweet potato. Aardpeer. Rijst. Enorme bamboe. Teak-bomen.
Kip, varken en rund. Paardenkarren. Ossen als traktor. Afgedankte oude Europese of Chinese of Russische bussen en tractors, gedoneerd door regeringen zoals Nederland. Veel Nederlandse bussen, soms nog met de Nederlandse stadsnamen erop.
De historie van Cuba
De geschiedenis is nogal belangrijk om het land een beetje te begrijpen. Bijvoorbeeld die oude klassieke Amerikaanse auto’s uit de jaren ’50, die je hier overal nog steeds ziet rijden: die zijn destijds geconfiskeerd door Fidel en zijn troepen. Evenals die rijke huizen en het land van de Amerikanen: al hun bezit ingenomen. Omdat Amerika er van 1900-1950 een potje van had gemaakt. Nadat ze de Cubanen hadden geholpen met het verjagen van de Spanjaarden, werd Cuba meteen een Amerikaans mafia-paradijs. Cubaanse dictatoren werden Amerikaanse stromannen. Het volk was de dupe.
De Amerikanen waren zo mogelijk nog erger dan de Spanjaarden, die er van grofweg 1500 tot 1900 heersten. Tussendoor is het nog even een jaartje Engels geweest, waarna Cuba weer terug werd geruild, voor Miami. De originele bevolking was inmiddels zo’n beetje uitgemoord. Het eiland fungeerde als tussenpost, tussen Zuid Amerika en Europa. De slavenhandel was enorm, en werd in Cuba als laatste plek ter wereld pas afgeschaft.
Na 5 jaar revolutie – van ’53 to ’58 – door Fidel en Che Guevara, stuurden de Amerikanen een leger. Mislukte totaal, deze Varkensbaai-invasie (Pigs Bay invasion) doordat de bevolking Fidel steunde. Het handelsembargo van de VS daarop werd keihard. Een totale blokkade. Omsingeld door de complete Amerikaanse marine. Jarenlang. Het Cubaanse volk left to die.
Daarna het powerplay met Rusland en kernraketten: de Cuba-crisis. Bijna een Derde Wereldoorlog (daar is nog een goeie film over gemaakt). Fidel als nationale superheld, want hij dwong eigenhandig het machtige Amerika op de knieën, en versoepelde zo de blokkade. Daarna kwam er meer hulp uit Rusland en China. Tot de Perestrojka: toen werden ze weer verlaten. Ze hebben geen eigen know how of industrie. Het onderhouden van oude Amerikaanse en Russische spullen is voor Cubanen van levensbelang.
Cuba reistips: iets over tabak
De Cubaanse tabak is de beste ter wereld. Sigaren zijn een export-product. Op een tabaksplantage kregen we meer uitleg. De nerf van een tabaksblad bevat de meeste verslavende nicotine. De boeren halen dat weg, de regering niet (maar na inspectie van onze boerensigaar zat die gewoon vol met nerf…!?). 90% van de oogst moet naar de regering. De rest mogen ze gebruiken, voor verkoop aan de toeristen, a 3 cuc per sigaar. Officiële sigaren zijn ongeveer 6 euro per stuk. Op straat in Havana koop je overigens best wel goede handgerolde sigaren voor 0,25 ct per stuk.
De regering saust de tabak met chemicaliën (volgens de boeren), terwijl de boeren dat zelf heel ecologisch en puur natuurlijk doen – met citroen, kaneel, honing en zo. Naar authentiek Fidels gebruik doen ze zelf ook honing op het mondstuk van de sigaar. Handgerolde sigaren zijn veel beter maar ook veel duurder dan machine-gerolde: die laatste zijn maar 1 cuc. Het verschil merk je meteen als je het uiteinde tussen je vingers rolt: valt er tabak uit, dan heb je een machine-gerolde.
Een pakje sigaretten zonder filter van het merk Upmann kost 30 cent. Die kun je als een sigaar roken, zo sterk. Een pakje Hollywood (vergelijkbaar met Marlboro) is 1,-. Cubanen zie je overigens nauwelijks roken. Ook al weer zo gek.
Cuba reistips: de Spaanse taal
Het is een enorm voordeel als je Spaans spreekt. Cubanen spreken nauwelijks Engels. In de App Store staan leuke gratis Apps om je Spaans bij te spijkeren. Of doe Babbel.com, ook leuk. Ik heb er in ieder geval enorme lol van gehad, om een beetje te kunnen lachen met de taxi-chauffeurs. Het Spaans is wel anders dan in Europa. De typische c, als Engelse th uitgesproken, klinkt hier bijna als een gewone s. De laatste s en de s midden in een woord worden nauwelijks uitgesproken. Gracias klinkt dus als “graasia”. De v is niet een B zoals in Spanje maar een W. De LL is een J en niet een LJ zoals in Spanje.
Dit waren ze, mijn Cuba reistips! Ik hoop dat je er wat aan hebt! Buen viajes!
Net terug uit/van (goed verzorgde rondreis Westelijke helft ) Cuba. De tijd is echt stil blijven staan en daardoor nog precies zoals hierboven (keurig) beschreven. Bijzonder land waar je je niet onveilig behoeft te voelen. Probeer gewisselde CUC’s als klein muntgeld te bezitten want fooien tbv ondervonden diensten (ook foto maken van “poserende!” Cubaanse figuren) en aanschouwen/aanhoren muziek bandje wordt toch altijd wel gevraagd. Bedelen niet echt tegengekomen. Briefgeld als CUC’s weer inwisselen bij vertrek want eenmaal Cuba verlaten is niets meer waard/niet meer inwisselbaar.